Blog

Delen:

9 oktober 2019
Door: Florien


Wij Zijn Jimmy's - Doorbreek het taboe: Eetstoornissen

– CONTROLE – ONZEKERHEID – PERFECTIONISME – GEVANGEN – DWANG – 

Voor dit thema heb ik me volledig verdiept in het leven van mensen met een eetstoornis. Ik heb verschillende mensen geïnterviewd, gevraagd wat de kern van hun eetstoornis is en hoe dit is ontstaan en is verlopen. Ook heb ik gevraagd naar vooroordelen en stigma’s rondom deze stoornis. Hieruit heb ik een zo goed mogelijk beeld willen schetsen over wat een eetstoornis inhoud.

> DIT IS EEN ONDERDEEL VAN MIJN PROJECT <

Wat is een eetstoornis?

Een psychische aandoening welke wordt gekenmerkt door verstoord eetgedrag. Iemand met een eetstoornis heeft extreem veel aandacht voor wat hij/zij eet en voor het gewicht, zo erg dat het hele leven en functioneren beïnvloed wordt.

Een eetstoornis ontstaat meestal door en combinatie van factoren.
Het merendeel van de mensen die een eetstoornis hebben, heeft een negatief zelfbeeld en weinig zelfvertrouwen. Ook worden mensen met een eetstoornis vaak omschreven als perfectionistisch en stellen erg strenge eisen aan zichzelf. Niet alleen op het gebied van eten, maar ook wat betreft andere dingen in het leven zoals in de studie of beroep. Daarnaast geven mensen met een eetstoornis ook meestal aan dat het gepaard gaat met een drang naar controle. Op het gebied van eten en afvallen kun je controle uitoefenen en elke keer wanneer je hierin iets bereikt hebt krijg je een gevoel van zelfvertrouwen en trots.

Risicofactoren voor het ontwikkelen van een eetstoornis zijn:
Lage zelfwaardering – negatief lichaamsbeeld – depressie – gezinscultuur waarbij overmatig aandacht besteed wordt aan voedsel, gewicht of uiterlijk – perfectionisme – impulsiviteit – obsessieve persoonlijkheidstrekken – negatieve ervaringen in de jeugd zoals pesten, mishandeling, seksueel misbruik –

Gewicht zegt niets

Al is dit wel wat veel mensen denken als je het hebt over een eetstoornis.
Dit klopt eigenlijk maar bij een deel van de eetstoornissen, er zijn een boel jongens en meiden die onder- of overgewicht hebben, alleen er zijn ook een boel waarbij je het aan de buitenkant niet kunt zien. Doordat dit stereotype beeld er wel is, kan het moeilijk zijn om zelf in te zien dat je een eetstoornis hebt, terwijl je wel een gezond gewicht hebt. Hierdoor kun je denken dat het bij jou niet ernstig genoeg is, omdat je je vergelijkt met de groep waarbij je het wél kunt zien. Intussen is jouw eetstoornis net zo serieus.

Dit geldt ook wanneer je wel ondergewicht had en je in je herstel periode aan het aankomen bent. Op een gegeven moment zal je een gezond gewicht bereiken, waardoor aan de buitenkant jouw eetstoornis niet meer te zien is. Hierdoor kunnen andere mensen denken dat de eetstoornis over is, waardoor je reacties kunt krijgen als ‘’Je ziet er weer goed uit en je eet weer goed, dus je bent vast beter’’. Wat ze vergeten is dat jouw lichaam sneller herstelt dan jouw gedachten. Een eetstoornis komt voor in allerlei soorten, maten en vormen. Het gaat dus niet om eten of gewicht, maar echt om wat er in jouw hoofd gebeurt.

Herstel

  • Niet vluchten voor je gevoelens: maar laat ze toe. Ook wanneer deze negatief zijn. Probeer ze niet te onderdrukken door veel of weinig te eten. Accepteer dat deze gevoelens er zijn, pas dan kun je verder komen.
  • Vraag om hulp: laat zien dat je het moeilijk hebt en je steun nodig hebt. Er zijn veel mensen die je willen helpen. Samen kun je veel meer dan alleen.
  • Zoek afleiding: wanneer dwang gedachten de overhand nemen. Ga wandelen in de natuur, ga een spelletje spelen met een vriend(in), lees een boek, ga tekenen, zet muziek op en ga dansen, praat erover.
  • Probeer de controle los te laten: waarschijnlijk is dit één van de moeilijkste dingen, omdat het hier vaak om draait, maar dit is echt nodig wanneer je wilt herstellen van je eetstoornis. Ga je angsten aan en houd je niet vast aan al je dwang gedachten en patronen. Je staat je hele leven hiermee in de weg.

Vooroordelen

‘’Heb jij een eetstoornis? Maar je bent toch helemaal niet dun?’’ ‘’Overgewicht? -Dan moet je minder snoepen’’

– De mate van ondergewicht bepaalt hoe ernstig jouw eetstoornis is.
Dit is niet waar. Eigenlijk heeft gewicht niets te maken met de ernst hiervan. Vaak hebben mensen met een eetstoornis zelfs een gezond gewicht. Het probleem zit in je hoofd.

– Alleen wanneer je ondergewicht hebt, heb je recht op hulp.
Dit is niet waar, met dezelfde reden als hierboven.

– De diagnose bepaald de ernst van je eetstoornis.
Dit is niet waar. Alle soorten eetstoornissen zijn even ernstig en ook even schadelijk voor je lichaam.

– Alleen meiden kunnen een eetstoornis hebben.
Dit is niet waar. Een eetstoornis komt ook wel degelijk voor bij jongens. Wel is het zo dat er minder kennis is bij de hulpverlening op het gebied van eetstoornis bij mannen en waarschijnlijk krijgen mannen hierdoor vaker een verkeerde diagnose.

– Eetstoornissen komen alleen voor bij jongeren.
Dit is niet waar. Een eetstoornis kan ook zeker op latere leeftijd ontstaan.

Ervaringsverhaal 1

‘’Als kind werd ik niet geaccepteerd. Mijn vader overleed toen ik zes was en mijn moeder was hierdoor erg depressief. Iedereen bemoeide zich met ons gezin. Omdat ik het oudste kind was kreeg ik al deze bemoeienis over mij heen en trok ik mij dit aan. Alles wat ik deed was gek, dom en abnormaal en dit werd mij ook fysiek duidelijk gemaakt. Ik kon er amper van slapen en ik had vaak nachtmerries. Hierdoor wilde ik een model kind zijn: lief, rustig en bescheiden. En ik hoopte dat het hiermee zou stoppen en beter zou gaan.

Echter wist ik ook van mijzelf dat ik druk kon zijn en ik ontdekte dat wanneer ik weinig at, ik minder energie had en dus rustig werd. Mijn grote angst daarna werd echter dat ik dat niet vol zou kunnen houden. Ik wilde altijd de controle hebben en houden over mezelf, mijn gevoel en ook over mijn gedrag. Perfectionisme werd mijn overlevingsmechanisme.

Op mijn elfde begon mijn groeispurt. Omdat mijn lichaam aan het groeien was, vroeg het om meer brandstof. Alleen dit wilde ik niet vooralsnog niet geven en dit resulteerde erin dat ik eetbuien kreeg. De meiden om mij heen kregen allemaal wat vrouwelijke vormen, maar omdat ik zo weinig at bleef dit bij mij achterwege. Hierom werd ik gepest. Ik werd heel onzeker en vond mijzelf echt heel lelijk.

Mijn doel als puber was om de eetbuien te stoppen en ook om met eten te stoppen. Overdag at ik zo weinig mogelijk brood en ook bij het avondeten begon ik dingen met veel vetten en koolhydraten te vermijden. Overal waar kon at ik niet. Maar wanneer er iemand op school trakteerde nam ik dit wel aan, zodat het niet op zou vallen. Echter moest ik dit wel compenseren, maar dit lukte nooit helemaal.

Ik zat op het gymnasium en dit niveau eist veel concentratie. Wanneer ik niet (voldoende) had gegeten haalde ik lagere cijfers en ook dit zou afgestraft worden. Hierdoor moest ik dus wel wat eten, waarbij ik enorm baalde van mezelf. Dag in dat uit was ik bezig met deze strijd. Door mijn vreselijke honger en de hoge druk die op mij rustte, at ik vaak meer dan ik wilde en elke dag nam ik mezelf voor het de volgende dag wel vol te houden. Waar er een weegschaal was stond ik erop, en altijd was ik als de dood dat ik aankwam. Voor mijn gevoel werd ik steeds lelijker en dikker.

Op mijn zeventiende kreeg ik de eetbuien onder controle, maar omdat ik ook amper at resulteerde dit in ondergewicht. Op een gegeven moment stopte mijn menstruatie hierdoor, waardoor ik nog minder vrouwelijke vormen overhield, terwijl ik hoopte dat ik juist mooier zou worden.
Ik voelde me ene totale mislukking.

Ik ging aan de pil, waardoor ik weer vrouwelijke vormen kreeg. Hierdoor werd mijn zelfbeeld wat beter, maar ook dacht ik dat ik dus goed bezig was… Ik was dun door het weinige eten, maar had wél vrouwelijke vormen, dus bleef ik zo weinig eten. Ik voelde me sterk. Op een gegeven moment werd ik geopereerd aan mijn kaak, omdat deze niet juist gegroeid was. Omdat je na deze operatie tijdelijk niet kan kauwen, kon je tijdelijk niet eten. Uiteraard was het de bedoeling om op een gegeven moment weer normaal te gaan eten, maar mij beviel dit zo goed dat ik dit niet-eten doorzette.

Ik ging studeren in Amsterdam, wat eigenlijk een heel gekke situatie was, omdat ik zoveel ondergewicht had en enorm ziek was. Omdat ik in Amsterdam helemaal alleen kwam te wonen, zonder mijn veilige sociale contacten voelde ik mij heel eenzaam en zakte ik nog dieper weg in mijn eetstoornis. Steeds minder eten en heel veel sporten. Zo zagen mijn dagen eruit. Hele dagen was ik bezig met calorieën tellen, onder maaltijden uitkomen. Ook leerde ik erg hard om zo niet aan mijn problemen te denken.
Soms bleef ik hele nachten wakker om sit ups te doen en hard te studeren.

Tijdens de kerstvakantie, waarbij ik weer naar Groningen ging, besloot ik niet meer terug te willen naar Amsterdam, dus ik bleef. Ik was bang geworden voor mezelf. Ik durfde niet meer te eten en ik zag niets meer zitten.. Ik kon niet studeren en ook was ik nog steeds niet mooi. Gevangen in mijn eetstoornis.

Terug in Groningen ging ik met mijn moeder naar de huisarts en deze constateerde dat ik ernstig ondergewicht had, maar verder werd er geen actie ondernomen. Mijn moeder besteedde er verder geen aandacht aan. Er rustte een taboe op, nog steeds trouwens. Ondertussen was ik enorm bang, maar ik kon het niet verhelpen. Om mijn sociale isolement te doorbreken ging ik een bijbaantje zoeken. Door het werken en de omgang met mensen ging het iets beter met me, maar uiteraard bleef de eetstoornis aanwezig. Ik bevond me hier in een professionele werkomgeving en er werd daardoor niet over gesproken, wat mijn problemen eigenlijk alleen maar verergerde. Ik voelde me boos, verdrietig, afgewezen en bovenal niet serieus genomen.
Ik was een aansteller, want kennelijk was het allemaal niet zo erg. Hierdoor werd ik nog strenger naar mezelf toe.

Vanuit mijn vorige studie stond er nog een studiereis gepland en omdat ik hiervan het geld niet kon terugkrijgen, ging ik mee. Ja, met dit ernstig ondergewicht, hoe onbegrijpelijk dit nu ook is. Tijdens deze studiereis lette er niemand op mijn eetgedrag, waardoor ik mijn gang kon gaan. Ook bewogen we veel omdat we elke dag grote afstanden aflegden. Deze combinatie resulteerde erin dat ik nóg meer afviel en dat resulteerde erin dat ik uiteindelijk hartritmestoornissen kreeg. Ik was heel ziek en heel bang, want ik voelde dat mijn lichaam aan het opgeven was. Ook voelde ik me trots. Eindelijk lukte het met om echt niet te eten.

De psycholoog waar ik in de tussentijd naar toe was gegaan besloot om mij uit huis te plaatsen, omdat mijn thuissituatie niet goed voor me was. Ik ging bij een vriendin en haar ouders in huis wonen, met een stabiele thuissituatie. Deze nieuwe, veilige omgeving hielp wel een beetje, maar niet voldoende. Ook zij konden mij niet meer helpen en na een half jaar werd ik met spoed opgenomen in een deeltijdbehandeling voor eetstoornissen. Helaas werd ik hier erg getriggerd door de andere meiden in de groep. Ik was bang dat iedereen het erger had dan ik en ik dus geen recht had op een plekje. Ook leerde ik een boel van hen op een verkeerde manier, negatieve dingen van hen nam ik over. We waren competitief over wie het dunst was. Na drie maanden werd ik daarom opgenomen in een kliniek voor eetstoornissen.

Helaas kon ik ook hier niet de motivatie vinden om beter te worden.
Het is eigenlijk een vreemde paradox.. Je moet de gezonde keuzes maken, anders ga je in het ergste geval dood. Ondanks alles ben je toch gemotiveerder om in het zieke gedrag te blijven hangen als je er zo diep in zit: het is veilig en er is controle. Mijn vriendinnen zagen het met lede ogen aan en op een keer barstte mijn beste vriendin in huilen uit: ‘’je gaat op deze manier gewoon dood!’’ Een week later vertelde een jongen op wie ik stiekem verliefd was dat hij ook graag wilde dat ik beter werd. Dit alles heeft me wakker geschud en de knop in mij ging om.

Vanaf toen ging ik ‘’gewoon eten’’, met mijn verstand op nul. Al vrij snel kwam ik veel aan en ging ik weg uit de kliniek, weer terug de deeltijdbehandeling in. Ik kwam weer op een gezond gewicht, door de negatieve stemmen te negeren, hoe moeilijk dit ook was. Ik wilde niet een slechte vriendin zijn en ik vond motivatie in mijn vrienden, maar nog niet in mijzelf. Ook ging ik weer studeren, maar deze studie was behoorlijk intensief. Het nam zoveel tijd in beslag dat ik eigenlijk amper tijd had voor mijn vrienden.. De vrienden waardoor ik juist mijn motivatie had gevonden. Hierdoor viel ik weer vrij snel terug in mijn eetstoornis en ook belandde ik in een gewelddadige relatie. Door mijn eetstoornis en zwakke fysieke en geestelijke gezondheid, kon ik mij niet verweren en hij maakte hier misbruik van.

Op een avond besefte ik mij dat dit niet zo door kon gaan. Mijn vriend had een negatieve invloed op mij en was erg respectloos. Hij zette mijn eetstoornis in om mij kleiner en zwakker te maken. Ik was ontzettend boos en gefrustreerd – hoe had ik dit weer kunnen laten gebeuren? – Ik koos voor herstel en wilde een leven zonder zoveel agressie en onmacht.

Ik kwam terecht bij een sociaal verpleegkundige en er werd besloten dat ik opnieuw in therapie ging. Dit was een therapie gericht op depressie en eetstoornis, later ging ik door naar schema therapie. Inmiddels gaat het hierdoor stukken beter. Ik zit op gezond gewicht, maar in mijn hoofd is het soms nog erg moeilijk. Met veel motivatie van buitenaf en openheid ben ik zo ver gekomen waar ik nu ben. Ik werk er op dit moment hard aan om deze motivatie meer bij mijzelf te vinden en zo open te blijven als ik kan.’’

Ervaringsverhaal 2 

‘’De oorsprong van mijn eetstoornis heeft geen eenduidige oorzaak, waarschijnlijk ging deze gepaard met mijn andere psychische problemen in combinatie met onzekerheid. Mijn moeder was altijd al veel bezig met diëten en gezonde voeding, dus eten was altijd al een ‘dingetje’. Ook kon ik niet goed met mijn emoties omgaan en wanneer ik mij verdrietig voelde resulteerde dit erin dat ik ging eten. Ik ben dus een emotie eter. Ik wist niet hoe ik met al deze emoties om moet gaan. Het creëerde kortsluiting in mijn hoofd. Eten was de enige manier om rust te krijgen. Later had ik pas door dat ik geen rust kreeg, ik verplaatste alleen het probleem.

Op een gegeven moment was mijn ritme zo dat ik overdag niet at en ’s avonds eetbuien kreeg. Al vrij snel ging ik na deze eetbuien mijn eten uitspugen. Dit voelde niet goed, maar alles beter dan het gevoel van eten in mijn maag. Ik was de hele dag bezig met leugens vertellen. Leugens naar mijzelf over dat het allemaal wel meeviel en ik het verdiende om te lijden. Ik vond mezelf zwak omdat ik mij niet aan mijn eetregels kon houden.
Alleen eten, vasten en spugen was niet genoeg. De eetbuien werden groter en het compenseren werd erger. Ik ging overmatig sporten, begon met laxeren en begon mezelf te straffen op elke mogelijke manier. Ik deed er alles aan om de (schijn)controle te houden.

Eigenlijk ging dit een tijdje onopgemerkt door. Ik had oppervlakkig contact met schoolgenoten en weinig diepgaande gesprekken, dus niemand kende mij echt. Echter had ik hier ook weinig behoefte aan en weinig tijd voor, want ik was continu met eten bezig. Op het moment dat ik opstond dacht ik gelijk aan: ‘’Ga ik eten?’’ ‘’Wat is acceptabel?’’ ‘’Ga ik compenseren’’ ‘’Hoe kan ik sporten’’ ‘’Hoe ga ik vandaag het vreten voorkomen’’ Ik leefde gevangen in deze wereld.

Er was een moment waarop ik brak. Ik merkte dat ik uitgeput was en het echt niet meer volhield. Toen heb ik het een beetje aan mijn moeder verteld. We gingen naar de huisarts en ik kwam op de wachtlijst voor een behandeling. Echter was deze wachtlijst veel te lang en ben ik toen doorgestuurd naar een andere psycholoog waar de wachtlijst korter was.
Hier werd mijn eetprobleem niet serieus genomen en er werd mij verteld dat het kwam doordat ik een zware depressie had en het wel weer over zou gaan. Ik voelde mij niet gehoord. Dit alles zorgde voor veel onduidelijkheid in mijn hoofd.

Op een gegeven moment heb ik de behandeling hier gestaakt en ben ik naar een andere plek gegaan, waar ik werd behandeld voor mijn overige problemen. Ik had geen ondergewicht, en omdat ik er zelf niet over begon kwam mijn eetprobleem niet ter sprake. Tot op de dag van vandaag heb ik het er nog steeds niet echt zoveel over gehad.

Inmiddels gaat het wel beter dan vroeger. Dit omdat ik veel therapieën heb gehad voor mijn andere psychische problemen en deze waarschijnlijk veel verband met elkaar houden. Ook probeer ik er meer over te praten en er bewust mee bezig te zijn. De eerste stap is het erkennen als een probleem.
Dit gaat niet zomaar, maar na heel wat jaren dit te hebben genegeerd, begin ik het langzaam in te zien. Doordat mij eetstoornis altijd onzichtbaar is geweest, omdat ik dus geen ondergewicht heb (gehad), neem ik mijzelf niet serieus. Ondertussen is mijn eetstoornis wél serieus en is het een echt probleem.’’

Tips voor als jij een eetstoornis hebt:

  • Praat erover.. Wat gaat er in jou om?
  • ‘’Communication is key’’
  • Creëer openheid door zelf ook open te zijn
  • Erken je probleem
  • Zoek motivatie om beter te worden, ook al ligt deze buiten jou zelf.
  • Zoek afleiding wanneer negatieve stemmen de overhand nemen
  • Beloon jezelf
  • Laat je gevoelens eruit
  • Wees liever voor jezelf

Tips voor als iemand in jouw omgeving een eetstoornis heeft 

  • Laat merken hoe jij wilt helpen als vriend
  • Niet oordelen, een eetstoornis is niet altijd zichtbaar
  • Gewoon ‘er zijn’ kan al helpen
  • Wees geduldig
  • Niet pushen
  • Focus op de persoon en niet op de eetstoornis
  • Praat erover.. Wat gaat er in diegene zijn/haar hoofd om?